Probiotica worden al jaren onderzocht in relatie tot het darmmicrobioom. Steeds vaker richten wetenschappers zich ook op mogelijke verbanden tussen darmbacteriën en stemming.
Een recente studie laat zien dat een probioticum bij gezonde jonge volwassenen samenhing met een afname van negatieve gevoelens, gemeten via dagelijkse stemmingsrapportages [1].
Het onderzoek is uitgevoerd door wetenschappers van de Universiteit Leiden en Oxford, en roept interessante vragen op over de rol van probiotica bij mentale processen.
Het doel van het onderzoek
De afgelopen jaren groeit de wetenschappelijke interesse in de zogeheten microbioom-hersen-as: de verbinding tussen het darmmicrobioom en hersenprocessen. Onderzoekers verkennen hoe darmbacteriën mogelijk in verband staan met stemming, gedrag en neurofysiologie.
Het in april 2025 gepubliceerde onderzoek richtte zich op het effect van een multispecies probioticum op stemming en emotionele verwerking bij gezonde jonge volwassenen. De studie werd uitgevoerd door onderzoekers van de Universiteit Leiden en de Universiteit van Oxford, en verscheen in het peer-reviewed tijdschrift npj Mental Health Research.
De onderzoekers wilden vooral weten of dagelijkse inname van probiotica meetbare veranderingen zou geven in zelfgerapporteerde stemming en emotionele verwerking, gemeten via verschillende methoden.
Opzet van het onderzoek
In de studie werden 88 gezonde jonge volwassenen willekeurig toegewezen aan een probioticumgroep of placebogroep. Beide groepen namen vier weken lang dagelijks een poeder opgelost in water.
De toewijzing gebeurde dubbelblind: zowel de deelnemers als de onderzoekers wisten niet wie welke behandeling kreeg.
Het onderzoek richtte zich op stemming en emotionele verwerking. De metingen bestonden uit:
- Dagelijkse zelfrapportages over de gemoedstoestand
- Psychologische vragenlijsten
- Cognitieve computertests gericht op emotieherkenning en aandacht
Het probioticum bevatte meerdere bacteriestammen (multispecies), waarvan het effect werd vergeleken met dat van de placebo.
Belangrijkste uitkomsten
Vanaf week twee zagen de onderzoekers een duidelijke afname van negatieve gevoelens bij deelnemers die dagelijks een probioticum gebruikten. Dit effect werd gemeten via dagelijkse zelfrapportages. Het ging vooral om gevoelens van somberheid, stress en vermoeidheid.
De placebogroep liet in diezelfde periode géén vergelijkbare afname zien.
Onderstaande grafiek laat het verloop van de negatieve stemming zien gedurende de vier weken. De probiotica-groep is weergegeven in blauw, de placebo-groep in rood. Vanaf dag 14 wordt het verschil tussen beide groepen zichtbaar.
Johnson, K.V.-A. & Steenbergen, L. (2025). Fig. 2: Change in daily mood scores during the 4-week intervention

Negatieve stemming: probiotica (blauw) daalt na week 2, placebo (rood) blijft stabiel.

Positieve stemming: geen zichtbaar verschil tussen de groepen.
Daarnaast zie je in de tabel hieronder een samenvatting van de bevindingen voor zowel negatieve als positieve stemming. Alleen bij negatieve stemming werd een significant verschil gevonden.
Meting | Effect probioticum | Effect placebo | Verschil |
---|---|---|---|
Negatieve stemming (dagelijks) | Daling vanaf week 2 | Lichte stijging of gelijk gebleven | Ja (p = 0.009) |
Positieve stemming (dagelijks) | Geen duidelijke verandering | Geen duidelijke verandering | Nee (p = 0.784) |
Volgens de onderzoekers onderstreept dit het belang van hoe en wanneer je stemming meet. Dagelijkse rapportages geven andere inzichten dan alleen een meting vóór en ná een interventie.
Andere bevindingen
De onderzoekers zagen dat deelnemers met een lagere risicobereidheid relatief grotere veranderingen in stemming rapporteerden.
Daarnaast scoorde de probioticumgroep iets beter op een test waarbij gezichtsuitdrukkingen herkend moesten worden. Volgens de onderzoekers kan dit duiden op een verandering in emotionele informatieverwerking, al is nader onderzoek nodig om dit verder te begrijpen.
Samenstelling van het gebruikte probioticum
De deelnemers in de studie kregen dagelijks een poederoplossing met in totaal 5 miljard kolonievormende eenheden (KVE), verdeeld over negen bacteriestammen.
Het probioticum werd opgelost in water en bevatte de volgende stammen:
- Bifidobacterium bifidum W23
- Bifidobacterium lactis W51 & W52
- Lactobacillus acidophilus W37
- Levilactobacillus brevis W63
- Lacticaseibacillus casei W56
- Ligilactobacillus salivarius W24
- Lactococcus lactis W19 & W58
De gebruikte dosering en combinatie van stammen zijn vergelijkbaar met protocollen die vaker in onderzoek naar probiotica worden toegepast.
Let op: Niet alle probiotica bevatten dezelfde stammen of hoeveelheden kolonievormende eenheden (KVE). Let bij het kiezen van een supplement op:
- De gebruikte bacteriestammen (soort én subspecifiek, bijv. W51 of W23)
- De dagdosering in KVE (effectiviteit hangt vaak samen met hoeveelheid)
- De combinatie van stammen (multispecies vs. monostrain)
Lees hier alles over probioticastammen, bacteriesoorten en KVE bij probiotica supplementen.
Aanbevelingen voor de toekomst
De onderzoekers benadrukken het belang van dagelijkse stemmingsrapportages bij dit type studies. In tegenstelling tot standaardvragenlijsten kunnen deze metingen subtielere veranderingen zichtbaar maken over tijd, zoals in dit onderzoek ook het geval was.
Ze noemen daarnaast dat vervolgonderzoek nodig is om te bepalen in hoeverre probiotica bruikbaar zijn bij mensen met lichte klachten of verhoogde gevoeligheid voor negatieve gevoelens. Daarbij waarschuwen ze dat het huidige onderzoek slechts vier weken duurde en alleen gezonde jonge volwassenen betrof.
Voor de toekomst adviseren de onderzoekers meer studies naar:
- Langetermijneffecten
- Verschillende doelgroepen
- Optimale dosering en behandelduur
- Specifieke bacteriestammen
- Mogelijke werkingsmechanismen van probiotica